Gedicht zu der Arbeit: ...gegen das Vergessen
ab-bruch Monika Fischer 2017
die dämonischen krieger
zerschlagen das licht des tages
die nacht bricht plötzlich herein
träume von freiheit zerschellen scheppernd
nach dem großen lärm
zieht sich die seele zurück
gleitet lautlos ins dunkel
mein körper muss mit,
vorangestoßen
verhaftet, verschleppt
alles verändert sich von nun an
zwischenkontinent
werde ich dich sehen können
dort hinter der milchglasscheibe
sie bekommt keine risse von meinem schrei
bleib noch
ich hab angst in der welt
erzähl´ von mir den anderen
kommt wieder alle
befreit uns
Gedichte von Jan Maurits Schouten zu den Objektkisten:
Hoe zit het?
Praat een taaldaad.
Doe eens zeggen, grijp in,
klauw de wereld naar je toe:
verteer.
Keer naar eer en
geweten wat je weet
heen en weer
en leer
je kennis weer.
Weet dat je zo elke keer
je waarheid liegt.
Let wel: waar geen woorden zijn
is ook geen waarheid.
Waarheid is,
in den beginne:
een woord.
Wat wel: een heel-al vol
amorf rondwaren
snaartrillend nabijigs:
te klein, te groot.
Onvatbaar, onbevatbaar,
onschatbaar zijnde en
nietsend niet.
Zeg dit en lieg.
Gedicht von Jan Maurits Schouten zu der Arbeit "über Seiten hinweg"
Brand maar
Mijn been een zuil,
opgericht voor lopen, gericht op
lopen.
Als de hemel niets meer regent
dan zwart ongeluk,
dan richt ik mij op en richt mij op
op mijn zuilen richt ik mij
tot jou.
Jouw vlammend zwaard,
je engelenvleugels je voorhoofd
zo blank en wanhoopvrij
de waanzin
die in ons woedt die
‘behoud’ heet en ‘houd af’.
De spaties balken zijn
Het wit dat de passie breekt het
onderling één ziel zijn niet
meer terug te vinden.
Waar vogels hun weg vinden
V van vrede, vrije vlucht,
licht een vuur op
richt een vuurzuil op
richt zich een vuurzuil op
en breekt door.